Door Rob Kniesmeijer

In de Fietsbel van najaar 2024 schreef ik een stukje over de werkzaamheden in de Duinstraat in Scheveningen, met name over de omrijroutes voor fietsers die het gevolg waren van die werkzaamheden. Die routes waren niet altijd even logisch. Ze leken achter de tekentafel bedacht. Fietsers hielden zich daarom niet aan de afzettingen en/of zochten een andere route. De werkzaamheden zijn net voor kerst beëindigd. Vanaf 5 januari volgen nog ‘afrondende’ werkzaamheden in de Duinstraat en aan de rotonde met de Scheveningseweg en de Prins Willemstraat. Dat is nodig, mede omdat met grote regelmaat automobilisten zich vastrijden in de modder op de trambaan. De modder is blijkbaar even grijs als het asfalt van de rijbaan.
De Duinstraat kent in de tijdelijke situatie (tot 1 maart) eenrichtingsverkeer voor fietsers en voor automobilisten. De automobilisten rijden van haven naar bad (van zuid naar noord) en de fietsers van bad naar haven (van noord naar zuid). Voor fietsers in de richting bad is een omfietsroute via de Helmstraat uitgezet die niet onlogisch is, maar wel een gevaarlijke kruising, zeker in de spits, met de Scheveningseweg oplevert. Fietsers kunnen gebruikmaken van de toegangen tot de tramhalte, even drie treden vermijden en dan is de parallelweg langs de Scheveningseweg te bereiken. Een korte waarneming liet echter zien dat alle fietsers gewoon recht door fietsten op de Duinstraat. Er zijn blijkbaar nog mensen die denken dat een bord plaatsen en afvinken in het veiligheidsplan tot veiligheid leidt. Voor fietsers in de andere richting is een veilige route afgezet, behalve dat deze anderhalve meter met voetgangers in twee richtingen gedeeld moet worden. Een dag later zijn er verkeersregelaars, waardoor de naleving van het fietsverbod beter is. Langs het al smalle fietsdeel staat een fiks aantal busjes, waardoor de breedte soms minder dan een meter is. Een andere fasering (eerst links, dan rechts) had hier oplossing kunnen zijn. Er zou dan meer ruimte zijn geweest voor fietsers en voetgangers. Mijn vraag is wie (gemeente, aannemer) de afwegingen maakt en hoe ze de verschillende belangen afwegen.
