Direct naar inhoud
Fietsersbond Haagse regio

Parkenroute 2

Op Parkenroute 2 fietst u van het Geuzenkwartier tot Ockenburgh en weer terug. Onderweg fietst u door het mooiste natuurgebied van de stad.

Op Parkenroute 2 — het tweede deel van de Parkenroute Den Haag — fietst u onder andere door de Bosjes van Poot, het Westduinpark, Kijkduin en Ockenburgh. De route neemt u mee naar duinlandschappen, eeuwenoude landgoederen en de kleinere bossen van de stad.

De routebeschrijving staat op deze pagina en in het routeboekje. Parkenroute Den Haag 2 is ook opgenomen als voorgeplande fietsroute in de webversie van de Routeplanner van de Fietsersbond.

Parkenroute 2 vormt een gesloten lus: als u de route volgt eindigt u altijd weer waar u begonnen bent. Deze beschrijving begint en eindigt op de Kranenburgweg in het Geuzenkwartier.

Routebeschrijving

Afkortingen:
  RA = rechts afslaan
  LA = links afslaan
  RD = rechtdoor rijden

U staat op de Kranenburgweg ter hoogte van de Willem de Zwijgerlaan in het Geuzenkwartier met aan uw rechterhand het Verversingskanaal.

Even verder liggen rechts de Bosjes van Poot.

Bosjes van Poot

De Bosjes van Poot danken hun naam aan de forse koddebeier Willem Poot die hier in de tweede helft van de 19e eeuw in dienst was van groothertogin Sophie van Saksen-Weimar-Eisenach, een dochter van koning Willem II, en de stok zwaaide tegen de kwajongens.

Vroeger bestonden de Bosjes alleen uit een strook eikenhakhoutbegroeiing langs de weg. Rond 1920 is er een mengeling van dennen en loofhout geplant.

In de Bosjes is een beschermd vogelgebied: de Van Schierbeektuin. De tuin is circa 1 hectare groot.

Bosjes van Pex

De Bosjes, die zich vroeger uitstrekten tot aan het Segmeer, ontlenen hun naam aan de familie Pex, die de boerderij Daal en Berg pachtte op een strandwal en gedurende vele geslachten hier landbouw en veeteelt bedreef. In de Bosjes bevonden zich verder de boerderijen Berg en Dal, waar nu een tennispark is bevestigd die dezelfde naam draagt, en De Wildhoef, waar de manege naar wordt genoemd.

Voor de opening van de Uithof lag hier een grote geasfalteerde (rol)schaatsbaan.

Meer en Bos

Uit opgravingen in deze omgeving bleek dat, ten tijde van de Batavieren, deze streek langs de duinen relatief dicht bevolkt was. Men vond in dit landgoed onder meer sporen van een Bataafs-Romeinse heerweg, een kustweg op de droge zandgronden die naar het huidige
Katwijk moet hebben gelopen. Latere opgravingen leerden dat de streek nog veel eerder bewoond werd. In feite moet dit de eerste bewoonde plek van Den Haag zijn geweest.

Het huidige park is een klein restant van een oud duinbos dat vroeger in de Segbroekpolder lag. In het park ligt het Segmeer, ook wel het Wijndaelermeer genoemd. In het register uit 1280 van graaf Floris V staat het als Winenaelermeer vermeld. In 1606 kocht Maarten Adriaanszoon van der Voort dit visrijke meer, samen met woning, schuren, bomen en vijftig morgen land.

Later kwam het landgoed in het bezit van de familie Van der Mijle, die het verder ontwikkelde. Daarna was het in het bezit van verschillende families, waaronder die van Cats en van Van Oldenbarnevelt. Het is echter nooit een royaal en rijk aangelegd buiten geweest, zoals bijvoorbeeld Zorgvliet of Clingendael.

Aan de rand van het park (zie de plattegrond) ligt het vogelasiel De Wulp van de Haagse Vogelbescherming. Ieder jaar worden daar veel vogels door vrijwilligers opgevangen en verzorgd.

Landgoed Ockenburgh

Waar de naam Ockenburgh vandaan komt is niet met zekerheid vast te stellen. Bekend is, dat er tussen Rijswijk en Wateringen een landgoed lag dat eigendom was van Albertus de Ockenberge. De dichter-dokter Jacob Westerbaen vond de naam geschikt voor zijn eigen buitenplaats. Hij kocht een terrein buiten Loosduinen, dat voornamelijk bestond uit drassige veengrond, gedempt met afgegraven duinzand. Hij liet een bomenrijk park aanleggen, compleet met grachten en sloten voor de natuurlijke drainage.

In kassen groeiden meloenen en druiven! Voor hemzelf kwam er een buitenhuis, dat hij het “Kleyn Paleis” noemde. Zijn vrienden waren Jacob Cats (Zorgvliet) en Constantijn Huygens (Hofwijck). Zij wisselden, vaak in dichtvorm, van gedachten over hun botanische en landelijke geneugten.

Op de plek waar nu het grote huis staat stond Westerbaen’s buitenhuis. Het huidige huis heeft nog enkele herkenningspunten met oude afbeeldingen van zijn Kleyn Paleis. Het landgoed is na Westerbaen enige keren van eigenaar veranderd tot het in 1931 door de gemeente werd aangekocht.

In het voorjaar is Ockenburgh uitbundig in zijn flora. Grote groepen prachtige rododendrons en mollig hybride azalea staan dan in bloei. Aan de zuidzijde ligt nog een fraai bosgedeelte, het zogenaamde Hyacintenbos, met grote velden wilde hyacinten en andere stinzenplanten.

Opnieuw liggen links en rechts golfvelden. Tevens ziet u (kunstmatige) duinen liggen.

Recreatiegebied Ockenburgh

De duinen die u hier ziet, heten het Blijrustduin en het Schapenatjesduin. Het zijn kunstmatige duinen op oude
veengrond.

Vierduizend jaar geleden werden langs de kust zandwallen afgezet, de latere duinen. Tussen de zandwallen bleef veel water staan, waardoor er geleidelijk
veen ontstond.

In de jaren zestig bestond dit gebied uit weilanden en sportvelden, die vol in de wind lagen. Omstreeks 1970 werd het gebied opgehoogd met in totaal 1,1 miljoen kubieke meter puin uit de Haagse binnenstad: onder meer het puin van het oude SER-gebouw en het Provinciehuis. Het zand, dat 2½ meter onder het veen zat, werd naar boven gespoten. De grillige duinen die zo ontstonden, werden beplant met typische duin-vegetatie. De begroeiing van de kruinen ontstond doordat de wind de zaden over de nabijgelegen, oorspronkelijke duinen waaide.

Bovenaan de heuvel links bevindt zich het landschapskunstwerk Hemels Gewelf.

Aan uw rechterkant stroomt de Haagse Beek.

Haagse Beek

Over de Haagse Beek is veel te vertellen. M. van Doorn en J. Mennema hebben over de Beek een boek geschreven: een aanrader voor wie in de Haagse geschiedenis is geïnteresseerd.

De Beek “ontspringt” bij het huidige Schapenatjesduin, waar zich vroeger, voordat dit puinduin werd aangelegd, vlakbij Kijkduin een vochtige plaats bevond. Vandaar stroomt de Beek in noordoostelijke richting door de Segbroekpolder. De Beek passeert Meer en Bos. Bij het Zorgvlietpark buigt de Beek af in de richting van de stad en gaat met een grote boog om het Catshuis heen. Daarna stroomt de Beek de tuin van het Vredespaleis in en verdwijnt daar in een koker onder de grond. Via een ondergronds stelsel komt de Beek uit in de Hofvijver bij het Binnenhof.

Westduinpark

In 1925 werd het duingebied tussen Kijkduin en het Verversingskanaal voor het publiek afgesloten. Het duinlandschap werd zeer druk bezocht, waardoor de duinvegetatie verloren ging en de duinen daardoor verstoven. Het duingebied werd in een park veranderd, waarin paden werden aangelegd. Dennen en loofhout, met op de hellingen kruipwilgen, duindoorn, liguster en boksdoorn, werden geplant.

In 2012 is, in het kader van Natura 2000, veel van die veelal onnatuurlijke beplanting grondig verwijderd en is een deel van de duinen weer stuifduin geworden. Ook de “Natte Pan” is in ere hersteld. Grazers zijn in het duingebied aanwezig om “foute” vegetatiegroei tegen te gaan.

Rechts liggen de Bosjes van Poot.

De routebeschrijving wordt bovenaan deze pagina vervolgd.

© Johan Bommelé